Arbeidsverleden
Wat is mijn arbeidsverleden?
Uw arbeidsverleden voor de WW wordt berekend met 2 periodes: uw feitelijke en fictieve arbeidsverleden.
Feitelijk arbeidsverleden
Uw feitelijke arbeidsverleden bestaat uit de jaren vanaf 1998 waarin u ten minste 52 dagen per jaar in loondienst bent geweest. Het jaar waarin u werkloos werd, telt niet mee.
Fictief arbeidsverleden
Uw fictieve arbeidsverleden bestaat uit de jaren vanaf het jaar dat u 18 werd tot en met 1997. Het maakt daarbij niet uit of u in die periode wel of niet gewerkt heeft.
Totale arbeidsverleden
De optelsom van uw feitelijk en fictief arbeidsverleden is uw totale arbeidsverleden. Voor ieder jaar van uw totale arbeidsverleden krijgt u 1 maand WW-uitkering met een maximum van 38 maanden.
Berekening arbeidsverleden en duur WW-uitkering
U kunt uw feitelijk arbeidsverleden wordt berekend met de volgende som:
(vul hier in: het jaar waarin u werkloos werd) – 1998 = uw feitelijk arbeidsverleden. Alleen de jaren waarin u ten minste 52 dagen per jaar in loondienst bent geweest tellen mee in de berekende periode.
Bereken uw fictief arbeidsverleden met de volgende som:
1998 – (vul hier in: uw geboortejaar) - 18 = uw fictief arbeidsverleden
Bereken nu de duur van uw uitkering met de volgende som:
Uw feitelijke arbeidsverleden (in jaren) + uw fictieve arbeidsverleden (in jaren) = de duur van uw uitkering (in maanden, met een maximum van 38 maanden).
Wat telt soms mee voor het arbeidsverleden?
Voor het arbeidsverleden tellen soms ook (delen van) jaren mee waarin u:
- zorgde voor een kind jonger dan 5 jaar, of voor een zieke of gehandicapte;
- onbetaald verlof opnam;
- een volledige WIA- of WAO-uitkering kreeg;
- in andere landen werkte.