Pensioenmanagement
01-06-2009Waar bijna niet over wordt gesproken is het verschil tussen pensioenfondsen (zoals bijvoorbeeld ABP) en verzekeraars (zoals bijvoorbeeld Zwitserleven of Delta Lloyd). Want verschil is er zeker. Met name waar het gaat om garanties en kosten.
Pensioenfondsen beleggen de premies van grote groepen werknemers. Van oudsher worden deze premies voor een belangrijk deel belegd in aandelen. Want het rendement op aandelen is op de lange termijn beter dan het rendement op staatsleningen of deposito’s. Zouden de pensioenfondsen het geld niet in aandelen beleggen, dan zou de premie stevig omhoog gaan. De laatste tijd horen we veel over de dekkingsgraad: door de daling van de koersen is het kapitaal van de pensioenfondsen gedaald onder de minimaal vereiste percentages die nodig zijn om de verplichtingen te kunnen nakomen. Dat is een van de belangrijkste oorzaken van de discussies die wij op het verjaardagsfeestje met elkaar voeren.
We mogen van de verzekeringsbranche niet te veel aandacht schenken aan de verschillen tussen pensioenfondsen en verzekeraars, omdat dat in niemands belang is, maar wij werken met verzekeraars samen en dienen het belang van onze klanten. Verzekeraars gaan anders met pensioenen om. Zij hebben de beste papieren waar het gaat om het geven van garanties en de in rekening gebracht kosten. Verzekeraars bieden voor 80% pensioenregelingen met harde garanties. Bovendien zijn de kosten per deelnemer lager dan bij pensioenfondsen, blijkt uit onderzoek van PricewaterhouseCoopers. De uitslag is dat bij een pensioencontract met 1.000 tot 10.000 deelnemers de kosten bij verzekeraars 136 euro per deelnemer per jaar is. Bij fondsen bedragen die kosten 239 euro. Bij kleinere contracten zijn de kosten bij verzekeraars 337 euro per deelnemer per jaar en bij fondsen 602 euro. Bijna het dubbele. De verzekeraars doen het dus zo gek nog niet.
Terug