Telefoon in het verkeer

Het gebruik van de smartphone in het verkeer neemt ernstige vormen aan: inmiddels gebruikt 65% van de Nederlanders zijn telefoon tijdens deelname aan het verkeer. Dat blijkt uit onderzoek van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) in opdracht van Interpolis. Verkeersdeelnemers doen willens en wetens: ruim driekwart zegt telefoongebruik in het verkeer gevaarlijk te vinden. Vooral jongeren tot 18 jaar hanteren de smartphone vaak in het verkeer.

Twee op drie verkeersdeelnemers gebruiken telefoon

Interpolis vindt de uitkomsten alarmerend: “Het lijkt wel of we onszelf niet kunnen bedwingen. Als ik de resultaten zie, vraag ik me af of het tij te keren is met hogere boetes”, aldus Chantal Vergouw van Interpolis. Het Verbond van Verzekeraars vindt daarin steun voor zijn pleidooi voor een hardere aanpak van smartphonegebruik in het verkeer. “Het is een verslaving. We weten hoe gevaarlijk het is, maar toch is het veel te vanzelfsprekend om te appen in het verkeer.”Het Verbond wil dat ambassadeurs langs scholen gaan om de bewustwording te vergroten. “Ten slotte zien wij een uitgelezen kans voor de techniek, waardoor het bijvoorbeeld niet meer mogelijk is om de telefoon te bedienen tijdens het rijden.”

Telefoongebruik voor kinderen heel gewoon

Kinderen gebruiken hun telefoon vaker dan volwassenen tijdens verkeersdeelname, blijkt uit het onderzoek. Zij hebben ook een sterker gewoontegedrag en een lagere risicoperceptie. “Alle gevonden verbanden rond het telefoongebruik van kinderen zijn ongunstig voor de verkeersveiligheid. Daarom –en omdat kinderen de volwassenen van de toekomst zijn –is het aan te bevelen extra aandacht te besteden aan specifiek de groep kinderen als het gaat om telefoongebruik in het verkeer.”

Jongeren en voetgangers

Automobilisten tussen de 25 en 34 jaar hebben de hand het vaakst op het telefoonscherm in plaats van het stuur: 79% zegt weleens al rijdend te telefoneren. Onder fietsers zijn de 18- tot 24-jarigen het meest verslaafd aan de telefoon: 74% gebruikt hem onderweg regelmatig. Snorfietsers in die leeftijdsgroep kunnen beter worden vermeden: 84% heeft vooral oog voor de telefoon.

Voetgangers die niet met hun smartphone bezig zijn, zijn nog maar moeilijk te vinden. Tussen de 15 en 35 jaar is meer dan 90% al wandelend gericht op de telefoon. Ook andere leeftijdscategorieën kunnen op de stoep maar moeilijk buiten de smartphone, al daalt het percentage gebruikers met het klimmen der jaren naar 70% voor 65-plussers.

(Snor)fietsers gebruiken hun telefoon onderweg vooral om berichten te lezen, automobilisten zetten het apparaat meestal in om handsfree te bellen. Voetgangers zijn vooral aan het bellen en berichten aan het lezen.

Zelfvertrouwen en gewoontegedrag

Het onderzoek zal de komende vijf jaar elk jaar worden herhaald om trends te kunnen meten. Aan het onderzoek deden 4.201 meerderjarige respondenten mee en 262 kinderen in de leeftijd van 12 tot en met 17. Voor fietsers, snorfietsers en automobilisten is het vertrouwen in de eigen bekwaamheid de belangrijkste voorspeller voor telefoongebruik. Voor voetgangers is de belangrijkste voorspeller de gewoonte om de telefoon te gebruiken.

Het percentage telefoongebruikers is bepaald door gedetailleerd naar verschillende handelingen met de telefoon te vragen. “Wanneer echter met één enkele vraag rechtstreeks naar hun frequentie van telefoongebruik in het verkeer wordt gevraagd, geven veel meer respondenten aan de telefoon nooit te gebruiken. Dit suggereert dat respondenten onderschatten hoe frequent ze hun telefoon gebruiken.”

Eerder onderzoek

De gevaren van mobiel telefoongebruik door autobestuurders zijn eerder onderzocht. Zo blijken Europese automobilisten gemiddeld 10% van de rijtijd bezig zijn met afleidende taken en werd in een Nederlands onderzoek bij 7% van de passerende bestuurders apparatuurgebruik waargenomen. Amerikaans onderzoek concludeert dat bij 68% van de ongevallen de bestuurder direct voorafgaand aan het ongeval was afgeleid.

(bron: AM web)