De nieuwe Wet Werk & Zekerheid (WWZ) is een versoepeling van het ontslagrecht.
Een maatregel is de introductie van de transitievergoeding. Sinds de invoering
hiervan, een half jaar geleden, wordt er tussen werkgevers en werknemers
steeds vaker geschikt. Ook zijn de ontslagvergoedingen die worden betaald
regelmatig hoger dan wettelijk wenselijk is. Dat meldt de NOS na een rondgang
onder kantonrechters en arbeidsrechtadvocaten. Een oorzaak is dat werkgevers
het liever niet in de rechtszaal uitvechten. Volgens de nieuwe wet moet
een werkgever aan strengere eisen voldoen wil het zijn werknemer ontslaan.
Daardoor zijn werkgevers bang afgewezen te worden in de rechtszaal, zegt
Monetta Ulrici namens de commissie Arbeidsrecht van de Kring van kantonrechters
tegen de NOS."Werkgevers weten dat de werknemer, als ze wat meer bieden,
sneller met het ontslag akkoord zal gaan.
De Verenging van Arbeidsrechtadvocaten Nederland (Vaan) ziet het aantal
schikkingen en de hoogte van de vergoeding ook toenemen. "Een werkgever
wil het risico niet lopen dat hij straks toch verder moet met een werknemer,
en een werknemer andersom vaak ook niet." "Bovendien loopt de werknemer
het risico op een lagere vergoeding als de rechter het ontslag toch goedkeurt",
aldus advocatenvereniging Vaan.
Hoe werkt de transitievergoeding?
De transitievergoeding bedraagt een derde maandsalaris per gewerkt
jaar bij een dienstverband tot 10 jaar en een half maandsalaris per gewerkt
jaar voor ieder jaar dat het dienstverband langer heeft geduurd dan 10
jaar. Het maximum is € 76.000 of een jaarsalaris bij een hoger inkomen
dan € 76.000. Voor 50-plussers geldt een overgangsrecht, zodat zij -tot
2020- een hogere transitievergoeding ontvangen. De transitievergoeding
is wettelijk verplicht. De transitievergoeding geldt alleen bij ontslag
via UWV, kantonrechter of bij een aflopend jaarcontract na minimaal 2 jaar
dienstverband. Het ontslag hoeft niet via het UWV of de kantonrechter te
lopen.